Pagina's

vrijdag 8 maart 2013

De Grote Verdwijntruc

Kyra en ik lopen door het bos.
Ze staat op het punt haar baan (bij een bank) op te zeggen. We lassen een accuut coachingsgesprek in.

‘Door mijn bazen wordt  mij al jaren verteld dat ik harder moet zijn. Dat ik me dingen minder moet aantrekken, minder tijd moet besteden aan overleg, me minder kwetsbaar op moet stellen. Ik ga daardoor erg aan mezelf twijfelen. Ik probeer mezelf te blijven. Ik werk ontzettend hard, maar krijg er weinig waardering voor ...van boven. Het lijkt alsof mijn bijdrage niet gezien wordt!
Mijn team draagt mij op handen. Ze hebben de ene na de andere reorganisatie meegemaakt, en de volgende komt er weer aan. Ik voel me erg verantwoordelijk voor hen, zozeer zelfs dat ik mijn werk in vakanties en weekenden heel moeilijk kan loslaten'.

Zij worstelt met de vraag hoe ze zichzelf kan blijven in een omgeving waar ze zich voor haar gevoel tegennatuurlijk moet gedragen. Zoals veel vrouwen heeft ze het gevoel haar identiteit te verliezen in het krachtenveld met louter mannelijke collega’s. Wat gebeurt er precies met de ‘vrouwelijke identiteit’ in een context van samenwerking met  mannen? Hoe kan het dat ze zo hard werkt, en dat het niet gezien wordt?

Joyce Fletcher, hoogleraar gender, heeft hier een interessant boek over geschreven: Disappearing Acts.
Een centraal concept uit het boek is relational practice: gedrag gericht op de groei van anderen, verbetering van relaties.Een theorie uit het boek is dat vrouwen in hun socialisering worden aangemoedigd om de verantwoordelijkheid voor relationele groei op zich te nemen, en mannen worden aangemoedigd die te ontkennen. Relational practice is werk dat onzichtbaar gedaan wordt, terwijl de mythe van onafhankelijkheid en individuele prestaties gehandhaafd blijft.

Fletcher beschrijft hoe aan relationeel werk (relational practice) betekenis wordt gegeven in mannenorganisaties. Hoe wordt dit ontastbare werk, dat wel nodig is voor de voortgang van projecten, gewaardeerd? Bijvoorbeeld: helpen zonder er iets voor terug te vragen, empathie, gevoel voor de emotionele context, voorkomen van conflicten. Maar ook: tijd maken, investeren in relaties, complimentjes, creëren van een veilige werkomgeving, schrijven van bedankbriefjes.
Fletcher vond als uitkomst dat dit relationele werk niet als 'echt werk' wordt beschouwd, maar actief wordt ‘weggemaakt’. Ze onderscheidt drie wegmaak trucs:
 
  • Relationeel gedrag wordt geattribueerd als gekte, slapte, of naïeve persoonlijkheidstrek in plaats van een strategie om je doelen te bereiken. Denk aan Job Cohen de door Wilders als slapjanus werd neergezet door te gaan ‘theedrinken met Marokkanen’. Een bewust ingezette strategie van Cohen werd hiermee weggemaakt.
  • Relationeel gedrag wordt vaak benoemd in woorden geassocieerd met de privésfeer en vrouwelijkheid. Dit devalueert de organisatorische betekenis die het werk krijgt.
  • Vrouwen die relationeel gedrag vertonen, gedragen zich volgens het genderstereotype. Ze komen hiermee in de double bind: of je bent een goede vrouw die gedevalueerd wordt als collega, of je bent een collega die gedevalueerd wordt als vrouw, zie ook Meisje of Bitch.

Deze Grote Verdwijntrucs doen zowel mannen als vrouwen tekort in organisaties, maar vooral vrouwen hebben er last van.

Kyra herkent er een heleboel van. 'Ik heb inderdaad soms het gevoel dat ik gek ben. Het lijkt wel alsof ik gehersenspoeld wordt! Ik ben 't zat om iedere keer te worden weggezet als 'overemotioneel'.
Aan het einde van onze wandeling is ze des te vastberadener haar baan op te zeggen.
En zo verdwijnt er weer een vrouw uit een mannenorganisatie die aan de voorkant veel moeite doet vrouwelijk talent binnen te halen ...
Over Verdwijntruc gesproken !
 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten